SKMS in de praktijk: Meer uniformiteit in voorschrijven van opioïden
Bijna een miljoen Nederlanders gebruikt opioïden. Deze pijnstillers zijn onmisbaar in de behandeling van pijn, maar ze zijn niet zonder risico’s. Om de informatievoorziening te verbeteren en juist gebruik ervan te bevorderen, zijn met financiering vanuit de kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS) een richtlijn, verstandige keuzes en patiënteninformatie ontwikkeld. De Federatie sprak met anesthesioloog-pijnspecialist Maarten Mensink over het belang van meer uniformiteit in het voorschrijven van opioïden.
Maarten Mensink werkt als anesthesioloog-pijnspecialist in het Prinses Máxima Centrum en is voorzitter van de werkgroep van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA) die zich onder andere bezighoudt met de nieuwe richtlijnmodule. Mensink: ‘In Nederland leven we in de bevoorrechte positie dat we op grootschalige wijze toegang hebben tot opioïden. Daarmee kunnen we op zeer adequate wijze pijn bestrijden. Ik vind het belangrijk dat zowel voorschrijvers als patiënten hier op een verstandige manier mee omgaan. Mijn vrees is dat opioïden door onkundig voorschrijven of -gebruik in een verkeerd daglicht komen te staan waardoor adequaat voorschrijven niet meer goed mogelijk is. Dat zou echt zonde zijn.’
In een periode van 2 jaar werkten binnen dit SKMS-project, naast Patiëntenfederatie Nederland en het Nederlands Huisartsen Genootschap, 16 wetenschappelijke verenigingen samen. Het project is een initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA)