Reactie Federatie op het coalitieakkoord

Gisteren heeft de beoogde coalitie het coalitieakkoord ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’ gepresenteerd. Federatievoorzitter Peter Paul van Benthem: ‘De beoogde coalitie zet in op verbeteringen in de gezondheidszorg, maar het verbaast ons dat er geen forse investeringen worden gedaan zoals in andere sectoren. De medisch-specialistische zorg in Nederland behoort tot de top van de wereld. Maar door een combinatie van een jarenlang stijgende druk op de zorg, vergrijzing, tekort aan personeel en het blijven sturen op een lean and mean bedrijfsmodel, hebben we de zorg zo efficiënt ingericht dat het inmiddels piept en kraakt. De zorgsector is niet op zichzelf staand, maar onderdeel van de maatschappij. Een disfunctionerende ziekenhuissector zorgt voor schade in andere sectoren en dat voelt iedereen in de samenleving. Dat wordt door deze coronacrisis nu pijnlijk duidelijk. De pandemie leert ons dat er behoefte is aan een middellange termijnvisie en investeringen in de zorg. We moeten de zorg niet zien als kostenpost, maar als een sector om in te investeren.’ 

Preventie en passende zorg

In het coalitieakkoord staat dat de beoogde coalitie meer aandacht wil voor preventie en een gezonde levensstijl van jongs af aan. Het Preventieakkoord wordt verbreed met mentale weerbaarheid. Van Benthem: ‘Wij kunnen dit met enthousiasme ondersteunen. Het sluit aan op onze visie Medisch Specialist 2025. Preventie draagt bij aan toegankelijke, innovatieve en betaalbare zorg.’ Daarnaast kijkt de beoogde coalitie breder naar gezondheid. Onderwijs, sport, huisvesting, bestaanszekerheid en leefomgeving dragen allemaal bij, aldus het akkoord. Van Benthem: ‘De verbinding tussen domeinen moet worden gelegd om samen de uitdaging voor de toekomst aan te gaan. We zijn blij deze wens ook terug te lezen in het akkoord.'

De beoogde coalitie wil voor iedereen passende en betaalbare zorg en vraagt daartoe om samenwerking, aandacht voor de patiënt en ruimte voor iedereen die in de zorg werkt. ‘We willen de zorg voor iedereen betaalbaar, beschikbaar en bereikbaar houden. Dat vraagt van de politiek goede en stevige keuzes en hervormingen, die tijd kosten en waarbij passende zorg de norm is’, schrijft de beoogde coalitie. Van Benthem: ‘Het is aan de patiënt en de dokter om samen te beslissen wat passende persoonsgebonden zorg is, gebaseerd op de meest recente wetenschappelijke inzichten, rekening houdend met de individuele context van de patiënt. Het is aan de overheid en de samenleving om te bepalen welke zorg voor vergoeding in aanmerking komt.’ 

Van Benthem: ‘De Federatie is blij dat het coalitieakkoord voortbouwt op onze inspanningen rond het leveren van passende zorg. We zien hierin een goede basis voor het samen verder aanjagen van de vernieuwing die vanaf de werkvloer wordt vormgegeven. We stellen daarbij nadrukkelijk dat in de spreekkamer geen ruimte is voor bemoeienis door derden, dat zorgprofessionals niet mogen worden belast met extra controle- en administratielast en dat toezichthouders en uitvoerders zich dienen te onthouden van niet onderbouwde beeldvorming over het leveren van niet-zinnige zorg. De druk op de zorg is immens. Er is behoefte aan samenwerking en steun, niet aan een passende zorg politie. De Federatie vindt dat de intrinsieke motivatie van de zorgprofessionals uitgangspunt moet zijn van zorgbeleid. Institutionalisering en bureaucratisering moeten worden teruggedrongen.’

Gedeelde verantwoordelijkheid

Verder schrijft de beoogde coalitie: ‘Voor transformatie naar passende zorg, de bestuurbaarheid van ziekenhuizen en afremmen van perverse prikkels hebben ook medisch-specialistische bedrijven een verantwoordelijkheid. Indien bij deze medisch-specialistische bedrijven onvoldoende verbetering optreedt binnen twee jaar zal er regelgeving komen zodat alle medisch specialisten in loondienst gaan. Daartoe wordt regelgeving voorbereid.’ 

Van Benthem: ‘De veronderstelling dat het verplichten van artsen in dienstverband tot besparingen en sectorvoordelen zal leiden, mist vooralsnog adequate onderbouwing. Het is niet duidelijk welk probleem verplicht dienstverband oplost. Productieprikkels ontstaan niet bij de MSB’s, maar komen voort uit de afspraken tussen zorgverzekeraars en ziekenhuizen. Ook medisch specialisten in dienstverband ervaren aanhoudende druk van de ziekenhuisorganisatie om te produceren en te voldoen aan de contracten met zorgverzekeraars. Ik vraag mij af wat wordt bedoeld met ‘verbeteringen die moeten plaatsvinden’. Het voelt alsof de medisch specialisten een veeg uit de pan krijgen van de beoogde coalitie, terwijl we al bijna twee jaar lang schouder aan schouder met alle zorgprofessionals keihard werken om de zorg overeind te houden. Ik krijg veel telefoontjes van medisch specialisten die zich geschoffeerd voelen hierdoor. Ik snap die emotie. Ik begrijp de boosheid van de 7.000 medisch specialisten die werken in vrij beroep en zich geconfronteerd zien met deze coalitievoorstellen. Met als gevolg ergernissen op de werkvloer. Laten we ervoor oppassen dat we in deze loodzware tijden niet extra onrust creëren. Alvorens de medisch-specialistische zorg in ons land te confronteren met voorbereidingen voor regelgeving over een verplicht dienstverband, vragen wij om uitgebreider onderzoek naar de gewenste en ongewenste effecten van zo’n maatregel. Zonder goede diagnose komt er geen goede oplossing. De zorgprofessionals hebben nu meer dan ooit behoefte aan vertrouwen en ondersteuning. Er is behoefte aan menskracht, waardering, professionele verantwoordelijkheid, tijd voor de patiënt en de ontwikkeling van het vak.’ 

Volgens informateur Remkes is het coalitieakkoord niet alomvattend. De nieuwe bewindspersonen zullen beleidsvoorstellen nader uitwerken binnen hun eigen portefeuille. Naar verwachting worden de nieuwe bewindspersonen begin januari bekend gemaakt. Van Benthem: ‘Wij zullen met de nieuwe minister in gesprek gaan om onze vragen rondom dit coalitieakkoord beantwoord te krijgen.’