Update: Integraal Zorgakkoord ondertekend

Vrijdagavond 16 september is na maanden van onderhandelingen het Integraal Zorgakkoord getekend. De partijen die hun handtekening zetten zijn: Federatie Medisch Specialisten, Actiz, De Nederlandse GGZ, InEen, Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen, Patiëntenfederatie Nederland, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Verzorgenden en Verpleegkundigen Nederland, Zelfstandige Klinieken Nederland, Zorgthuisnl, Zorgverzekeraars Nederland en het ministerie van VWS. De LHV heeft op dit moment als enige partij nog niet ingestemd met het akkoord. 

‘We staan voor grote uitdagingen’

Het ministerie van VWS bracht eerder deze week al naar buiten dat de inhoud van het zorgakkoord door de partijen wordt ondersteund, maar tegelijkertijd waren er ook zorgen. Een aantal partijen wilde op onderdelen meer zekerheid over de uitvoering van de gemaakte afspraken en spraken daarom vrijdagavond verder. Dit laatste gesprek leidde uiteindelijk tot het akkoord, getekend door dertien van de veertien partijen.
De Federatie Medisch Specialisten, bestaande uit de 32 wetenschappelijke verenigingen, meldde afgelopen woensdag dat zij zou gaan instemmen met het IZA. Federatievoorzitter Peter Paul van Benthem: ‘Wij willen onze verantwoordelijkheid nemen, want we staan voor hele grote uitdagingen in de zorg en moeten samenwerken om ons zorgstelsel toekomstbestendig te maken.’

Grote opgaven

We hebben te maken met grote maatschappelijke kwesties. Het tekort aan zorgpersoneel, de vergrijzing, steeds meer patiënten met een complexere zorgvraag, de almaar stijgende zorgkosten en de nog altijd voortdurende impact van de coronapandemie. De problemen die de zorgsector op zich af ziet komen, worden ook beïnvloed door grote maatschappelijke kwesties zoals de toegenomen armoede, inflatie, tweedeling in de samenleving, klimaatproblematiek en luchtvervuiling. 

We kunnen deze problemen alleen gezamenlijk oplossen. Daarom is het goed dat bij de totstandkoming van dit akkoord is gekeken naar een integrale aanpak. Van Benthem: ‘De dokter ziet in de spreekkamer het effect op de patiënt van al die maatschappelijke problemen, maar kan die niet allemaal oplossen. Alle partijen en alle ministeries moeten samenwerken om ons zorgstelsel toekomstbestendig te maken. Wij vinden het belangrijk dat dokters hun professionele inbreng kunnen hebben aan alle tafels waar besloten wordt. Op die manier voorkomen wij samen met andere zorgprofessionals dat het alleen een bestuurdersakkoord is, en dat de aansluiting met de zorgprofessionals die al het werk doen, wordt gemist.’ 

‘Ga naast de zorgprofessionals staan’ 

De zorgsector staat voor grote uitdagingen om nu en in de toekomst de zorg toegankelijk, betaalbaar en van hoge kwaliteit te houden. Van Benthem: ‘Wij tekenen voor dit akkoord omdat we vinden dat de inbreng van alle zorgprofessionals van grote invloed moet zijn bij het aanjagen van de beweging richting die toekomst. Dit 135 bladzijden tellend akkoord blijft slechts een papieren werkelijkheid tenzij alle IZA-partijen de juiste randvoorwaarden scheppen. Daarnaast moet het akkoord worden omarmd en gedragen door al die bevlogen en betrokken professionals die de zorg overeind houden. Zij zijn het die samen met de patiënt beslissen over de beste zorg, zij staan aan het bed naast de patiënt, zij voelen al jaren de grote druk op de zorg die alleen maar toeneemt. Wanneer het resultaat van dit akkoord is dat de administratielast en de controledrang verder toenemen, de ict-voorzieningen niet worden geoptimaliseerd, de tijd voor de patiënt niet toeneemt en het tekort aan zorgprofessionals blijft stijgen, dan halen we de doelen niet. Ik blijf dus aan alle overlegtafels en waar het maar kan herhalen: Ga naast die zorgprofessionals staan en zorg dat zij hun werk met plezier goed kunnen blijven doen.’ 

Zorgen 

De Federatie en haar achterban maken zich zorgen over de verdere uitwerking van elementen uit het zorgakkoord zoals de hoge verwachtingen van digitalisering, concentratie van zorg, volumenorm en vrije artsenkeuze. De Federatie is voorstander van innovatieve toepassingen zoals e-Health maar de ict-infrastructuur moet daar wel optimaal voor worden uitgerust. Op dit moment is dat niet het geval. Er zijn grote verwachtingen ten aanzien van de inzet van digitale middelen in aanvulling op, of naast fysiek aangeboden zorg. De Federatie steunt dit uitgangspunt in het IZA, maar het moet wel mogelijk zijn; medisch, technisch, qua vaardigheden en wensen van de patiënten. Van belang is bovendien dat de komende jaren meer kennis wordt opgedaan over de effectiviteit van de inzet van dergelijk tools, bijvoorbeeld bij kwetsbare ouderen. 

Concentratie van zorg kan bijdragen aan verbetering van kwaliteit van zorg. De Federatie maakt zich zorgen over eventuele versnippering van zorg voor (multimorbide) patiënten en de verdringing van andere zorg als gevolg van vergaande concentratie. Inefficiëntie en dubbeldiagnostiek, en verlies van kwaliteit van zorg voor de patiënt liggen op de loer. Concentratie van zorg moet niet een doel op zich zijn. Het moet aansluiten bij de beweging die al in gang is gezet in het kader van netwerkgeneeskunde. Volumenormen hebben zeker een plek in deze beweging, maar vereisen een zorgvuldige afweging in combinatie met een realiteitscheck wat het betekent voor patiënten, de organisatie van zorg in het ziekenhuis en in de regio.  

De vrije artsenkeuze is van belang juist voor die patiënt die graag in de regio zijn dokter wil bezoeken vanwege bijvoorbeeld een kwetsbare gezondheid of geen mogelijkheid om (verder) te reizen. De Federatie ziet dat veel zorgen over dit akkoord niet alleen leven onder haar achterban, maar ook bij veel andere zorgprofessionals zoals de huisartsen. De huisartsen zijn natuurlijke partners van medisch specialisten en het is van belang dat zij samen optrekken. De Federatie herkent de zorgen en bezwaren, en het is van belang voor een succesvolle implementatie van de afspraken in het IZA dat alle partijen zich gehoord voelen. 

Betrokken bij werkagenda’s 

Het akkoord is het resultaat van vele maanden onderhandelen met veel partijen met evenzovele denkbeelden. Van Benthem: ‘Het eindresultaat is ook niet een akkoord zoals wij het zelf zouden schrijven, maar wij zien het als een startpunt van een beweging waarin we de toekomst van ons zorgstelsel samen opnieuw moeten vormgeven. We zien veel elementen terug uit ons visiedocument Medisch Specialist 2025. De Federatie heeft samen met de wetenschappelijke verenigingen al jaren geleden gesteld dat de toekomst van de zorg moet staan op vier pijlers; organiseer de zorg rond de unieke patiënt, stimuleer netwerkgeneeskunde en innovatie, en maak werk van preventie. Naast deze vier elementen zijn we ook blij met de aandacht voor duurzaamheid, voor de positie van de zorgprofessionals en voor de erkenning van de kennispositie van de dokter. Maar dit betekent niet dat we 100% geruststelling voelen op alle elementen van dit veelomvattende akkoord. Een aantal kwesties moet nog worden uitgewerkt en vormgegeven in gezamenlijke werkagenda’s. Het is zaak dat de medisch specialisten en andere direct betrokken zorgprofessionals nauw betrokken zijn bij het invullen van die werkagenda’s. Het IZA is geen vrijbrief voor verzekeraars of overheid om op de stoel van de dokter te gaan zitten.’