Symposium Taakherschikking

Taakherschikking leidt tot een verbetering van de kwaliteit van zorg. Daarover waren de nagenoeg 400 deelnemers aan het Symposium Taakherschikking het eens. Of het overdragen van taken van medisch specialisten aan verpleegkundig specialisten (VS) en physician assistants (PA) de zorg ook goedkoper maakt, daarover waren de meningen verdeeld. Het symposium vond plaats op donderdag 1 oktober in Utrecht en werd georganiseerd door de Federatie Medisch Specialisten, de beroepsvereniging voor verpleegkundig specialisten V&VN VS en de beroepsvereniging voor physician assistants NAPA.

De belangrijkste conclusie is dat in de 10 jaar dat taakherschikking vorm heeft gekregen, er in de zorg veel ten goede is veranderd. Met name wat betreft kwaliteit, omdat medisch specialisten en VS en PA beter met elkaar samenwerken. “De patiënt krijgt hierdoor meer aandacht en de medisch specialist heeft meer tijd voor andere, complexere taken”, zegt Bart Boll, vaatchirurg en voorzitter van het Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB) van het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen tijdens zijn lezing. “Daar staat tegenover dat er nog veel onduidelijkheid bestaat over de taken, verantwoordelijkheden en wettelijke bevoegdheden van een verpleegkundig specialist en physician assistant”, vindt Iris Wallenburg van het instituut Beleid en Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit. Alle sprekers zijn het er over eens dat er veel bereikt is met taakherschikking, maar dat de VS en de PA wel moeten werken aan het verstevigen van hun positie. Een mooie ambitie voor de volgende 10 jaar.

Meer maatwerk

Katja Mur, directeur Macro-Economische Verkenningen en Arbeidsmarkt bij het ministerie van VWS beet als eerste spreekster het spits af. Ze lichtte toe dat er veel goed gaat in de zorg, maar dat er een grote uitdaging voor ons ligt: we betalen per volwassene in Nederland per jaar zo’n €5000,- aan zorg, en dat wordt alleen maar meer. Immers, het aantal ouderen zal verdubbeld zijn in 2030. Daarnaast wil de patiënt zelf de regie hebben, en dat vraagt volgens Mur om meer maatwerk. Dat is volgens haar ook de uitdaging van medisch specialisten, verpleegkundig specialisten en physician assistants: zorgen voor de juiste zorgverlener op de juiste plaats, nu en in de toekomst.

Grote verschillen

De volgende spreker, Geert van den Brink, ging dieper in op wat taakherschikking oplevert in de portemonnee. Van den Brink is voorzitter van het Landelijk Patform Verpleegkundig Specialist en Physician Assistant. Hij deed in 3 ziekenhuizen onderzoek naar de positie van de VS en de PA, en onderzocht of hun activiteiten leiden tot goedkopere zorg. Hij concludeert dat er binnen ziekenhuizen grote verschillen zijn bij de inzet van VS en PA, ook per specialisme. Daarnaast lopen de taken die ze overnemen van een medisch specialist uiteen. Verder heeft Van den Brink vastgesteld dat de PA en VS zich geconfronteerd zien met administratieve taken, die niet declarabel zijn. Van den Brink zijn conclusie is dan ook dat de kostprijs door inzet van een PA of VS nauwelijks omlaag gaat: nog geen 2 euro per zorgproduct. Volgens Van den Brink ligt er nog een uitdaging voor VS en PA om zichtbaarder te maken wat hun toegevoegde waarde is, ook qua kosten. En hij gaf de deelnemers nog een boodschap mee: vraag niet wat de zorg voor jou kan doen, maar wat jij voor de zorg kunt doen.

Onduidelijkheden

Universitair docent aan het instituut Beleid en Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit Iris Wallenburg lichtte haar Europese onderzoek naar taakherschikking toe. Ook hier zien we grote verschillen. Vaak ziet ze dat er lokaal behoefte is aan iemand die taken kan overnemen, en daar wordt dan elk op eigen wijze invulling aan gegeven. Er ontstaan hierdoor verschillende beroepen en werkvormen, met verschillende verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Uit het onderzoek blijkt dat VS en PA zich hebben ontwikkeld tot volwaardige zorgprofessionals met een zelfstandige en eigen rol in de zorgverlening. Ze hebben meer aandacht dan een medisch specialist voor de dagelijkse consequenties of ongemakken van een ziekte of aandoening. Daarentegen concludeert Wallenburg ook dat er nog veel onduidelijkheid bestaat over taken, verantwoordelijkheden en wettelijke bevoegdheden. Hierdoor is er een diffuus beeld van wat een VS en PA doet, en daar moet volgens Wallenburg nu echt wat aan gedaan worden.

Positie in het MSB

Na het diner licht Bart Boll, vaatchirurg en voorzitter van het Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB) van het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen de gevolgen toe van de invoering van het integraal tarief voor medisch specialisten in vrij beroep. En de betekenis hiervan voor taakherschikking in het CWZ. Een MSB moet volgens Boll gezien worden als een nieuw samenwerkingsverband van alle maatschappen. Hierdoor ontstaat er in het ziekenhuis meer ‘gelijkgerichtheid’: er kunnen makkelijker afspraken gemaakt worden met de raad van bestuur over de productie en de prijs, maar ook over kwaliteit en veiligheid. Volgens Boll onderschatten zorgverzekeraars wat taakherschikking oplevert in de portemonnee. Immers, PA en VS zijn wellicht langer met vergelijkbare taken bezig dan de medisch specialist, en de medisch specialist zal meer tijd schenken aan meer en vaak complexere zorg.

Meer samenwerking

De voorzitter van de NAPA, Wijnand van Unen, houdt vervolgens een pleidooi om meer samen op te trekken: medisch specialisten, verpleegkundig specialisten en physician assistants. Het feit dat de beroepsverenigingen gezamenlijk dit symposium organiseren, is wat hem betreft een goede stap. Zeker met het oog op de toekomst is het noodzakelijk gebruik te maken van elkaars kennis, en af te rekenen met bijvoorbeeld de ‘domeinenstrijd’ tussen een VS en een PA. Een ander goed voorbeeld van de verbetering van de samenwerking is de Handreiking Implementatie Taakherschikking, waarin concreet staat hoe je afspraken met elkaar kunt maken over het verdelen van taken en verantwoordelijkheden.

In de prakijk

Verpleegkundig specialist Sandra Bossmann en neuro-oncoloog Arnoud Kappelle geven vervolgens een kijkje in de keuken van het Radboudumc. Ze lichtten toe hoe hun samenwerking er in de praktijk uit ziet. Bossmann legt uit wat haar rol is, en vooral haar toegevoegde waarde voor de patiënt en voor Kappelle. Vervolgens licht Kappelle toe hoe hij moest wennen aan het feit dat hij taken aan Bossmann kon overdragen, er was wel wat koudwatervrees omdat hij het gevoel had de regie kwijt te zijn. Maar inmiddels is er sprake van wat Bossmann en Kappelle ‘synergie’ noemen: teamwork, goed communiceren, en respect voor elkaar. Als het vertrouwen er is, dan heeft een patiënt dat ook, en daar gaat het om.

Juridisch kader

Tot slot sprak Diederik van Meersbergen, jurist bij de KNMG over de grenzen aan verantwoordelijkheid. Hij legt uit binnen welke juridische kaders je je beroep uitoefent, en waarvoor je aansprakelijk gesteld kunt worden. Het bestuur is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zorg en dus de verantwoordelijkheidsverdeling. Binnen het tuchtrecht is wel iedereen aan te spreken, want iedereen heeft een verantwoordelijkheid voor het eigen handelen. De medisch specialist is niet verantwoordelijk voor het medisch handelen van de PA en VS, maar wel als hoofdbehandelaar voor de regie en afstemming. Om onduidelijkheden te voorkomen, zijn samenwerkingsafspraken onontbeerlijk, vindt Van Meersbergen.