Pleidooi van Winnifred van Lankeren, radioloog en opleider: ‘Promoveren; geen must maar mogelijkheid’
Wel of niet promoveren? Deze vraag houdt veel aankomend artsen bezig. Het idee dat promoveren hét selectiecriterium is voor een opleidingsplek, stuit radioloog en opleider Winnifred van Lankeren tegen de borst. ‘We moeten als opleiders uitdragen dat een doktersgraad niet hét selectiecriterium is, maar één van de vele.’
‘Sommige opleiders zien promoveren als een proeve van bekwaamheid. “Promovendi kunnen lijden, zichzelf wegcijferen en zullen betere dokters worden”, hoor ik dan. Ik vraag me af of dit waar is. Er zijn zat goede medisch specialisten die gepromoveerd zijn voor de aanvang van hun opleiding. Maar ik heb ook uitstekende radiologen opgeleid zonder affiniteit met wetenschappelijk onderzoek. Misschien ligt het genuanceerder bij de snijdende disciplines en beschouwers.’
‘Volgens de statistieken doet de helft van de aios voor de opleiding promotieonderzoek, dat geldt ook voor mijn eigen assistenten. Daar zullen ongetwijfeld mensen bij zitten die puur en alleen promoveerden omdat ze geloven dat ze anders geen kans zouden maken op een opleidingsplek. Het hardnekkige idee dat promoveren een must is, moeten we nu eindelijk eens de wereld uit helpen. We moeten als opleiders uitdragen dat onderzoek doen niet hét selectiecriterium is, maar één van de vele.’
‘Sollicitanten moeten zich wat mij betreft zeker onderscheiden. Dat kán met een doktersgraad, maar hoeft niet. Ik leidde een aios op die van jongs af aan meehielp in het bedrijf van haar ouders. Kon geweldig plannen en overzicht houden. Een andere arts-assistent nam ik aan omdat hij tijdens zijn geneeskundestudie een module voor radiologie ontwikkelde, want hij vond dat daar te weinig aandacht voor was. Klinische ervaring is ook een manier om je kop boven het maaiveld uit te steken, of een briljant plan voor een nieuwe innovatie. Maar het allerbelangrijkste vind ik dat je als aanstormend radioloog laat zien dat je stressbestendig en gedreven bent.’
‘Ik vraag me af of discutabele motivatie tot discutabele promotieonderzoeken leidt. Het aantal promoties verdriedubbelde de laatste decennia. Zijn al die onderzoeken wel nuttig? Zijn we niet te vaak onderzoek om het onderzoek aan het doen? Promoties zijn kostbaar. Dit geld wordt ons toevertrouwd door verschillende instanties, dus laten we daar zorgvuldig mee omgaan. Leveren de investeringen in wetenschappelijk onderzoek daadwerkelijk kwalitatief betere zorg op? De uitkomsten van mijn eigen promotieonderzoek durf ik wat dat betreft wel teleurstellend te noemen.’
‘Willen we wetenschappelijk onderzoek meer vanuit een intrinsieke motivatie, dan kan flexibeler omgaan met het momentum van promoveren helpen. Waarom persé promoveren vóórdat je opleiding start, en niet een paar jaar later? Jonge dokters die pas gaan promoveren als ze al een paar jaar in opleiding zijn, weten beter waar ze aan beginnen. Het is dan écht een diepe wens om onderzoek te doen - je onderbreekt nota bene je opleiding hiervoor. De slagingskans is hoger, je verbindt je niet te vroeg aan een specialisme en je voorkomt een wildgroei aan onderzoeksonderwerpen.’
‘Op die manier maken we het onze jonge collega’s ook minder moeilijk. Een promotie als dé vereiste voor een opleidingsplek vraagt onoorbaar veel van mensen. En we vragen al zo veel van ze. De opleiding is zwaar, moet sneller afgerond. En thuis zijn er vaak jonge gezinnen die aandacht nodig hebben. Toon flexibiliteit en dan weet ik zeker dat elke aios, gepromoveerd of niet, een betere dokter wordt.’
Winnifred van Lankeren
(1966) is radioloog en leidde sinds 2012 circa 50 radiologen op in het Erasmus MC en is betrokken bij de regionale opleiding OORZWN. Winnifred is daarnaast lid van de Raad Opleiding van de Federatie Medisch Specialisten, DB COCR Erasmus MC Rotterdam, Concilium Radiologicum en bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Radiologie.
Lees meer artikelen uit het magazine