Patiënt Jill Erens en orthopedisch chirurg Tim Boymans: ‘Samen beslissen gaat verder dan de spreekkamer’

Dit artikel is onderdeel van het dossier Samen Beslissen in het magazine Medisch Specialist.

De 29-jarige Jill Erens heeft al heel wat medisch specialisten bezocht als ze twee jaar geleden orthopedisch chirurg Tim Boymans in het Maastricht Universitair Medisch Centrum ontmoet. In hem vindt Jill de arts die duurzaam perspectief biedt. Samen Beslissen gaat voor hen ook over een klik, en daar kunnen beide partijen aan werken.

Jill: ‘Ik voetbalde fanatiek toen ik op vijftienjarige leeftijd last van mijn meniscus kreeg. Het was de start van heel wat operaties en behandelingen, tot in Gent aan toe. Een donormeniscus in 2013 kon niet verhinderen dat het kraakbeen verminderde, en inmiddels is dat uitgedraaid op artrose. Mijn dagen wisselen, maar het gaat steeds lastiger om mijn knie actief te strekken als ik loop.’

Tim: ‘Een jong mens met een oude knie, daar kan ik niet veel aan veranderen. De plaatsing van een kunstknie zou ik zo lang mogelijk willen uitstellen. Die gaat gemiddeld maar vijftien jaar mee op die leeftijd. Standscorrectie van het been is een alternatief, maar niets doen is ook een optie. Ik zie het als mijn taak zo onbevangen mogelijk mijn kennis en expertise te delen. We kijken samen wat het best in haar leven past.’
Jill: ‘Wat je wel en niet doet hangt af van de fase waarin je verkeert. Ik zoek een nieuwe baan, dan komt een operatie met een revalidatietraject niet uit. Tim begrijpt dat.’
Tim: ‘Kijk je puur vanuit de medische kant, dan kan zo’n persoonlijke omstandigheid soms lastig zijn. Stel dat je iemand met acute problemen belt met het aanbod om een vrijgekomen operatieplek in te nemen, en je hoort: “Mijn hond is ziek, het kan nu echt niet.” Toegegeven, dat kan tot een verzuchting leiden, maar ik vind dat je daar echt begrip voor moet hebben en dat begint bij het eerste consult. Je kunt niet zeggen: “Voor de “softe zaken” moet je bij een verpleegkundige zijn. Dan luister je maar half en kan er geen sprake zijn van samen beslissen.’

Jill: ‘Iedere keuze heeft met je lichaam èn je leven te maken. Ik twijfel praktisch ieder dag over de mogelijke opties, maar ik zal nooit tegen Tim zeggen: “Bepaal jij het maar”. Die verantwoordelijkheid ligt bij mij. Ik breng voorafgaand aan ieder consult goed in kaart waar ik sta, wat mijn prioriteiten zijn, hoe mijn leven verloopt en wat daarin veranderd is sinds ons vorige gesprek. Die voorbereiding helpt bij de beoordeling van de medische opties.’
Tim: ‘Toch leggen patiënten soms maar al te graag de keuze bij mij neer. Begrijp me goed, als je daar overeenstemming over bereikt is ook dat een vorm van samen beslissen. “Ik begrijp dat u niet alle opties wilt kennen? Zal ik dan een selectie maken van twee mogelijkheden die mij het beste lijken?” Je helpt dan door te trechteren.’

Jill: ‘Ik neem mijn moeder vaak mee, ze is fysiotherapeut. Samen weet en onthoud je meer. Soms komt iemand anders mee. Zo wordt mijn situatie tastbaar en bespreekbaar met steeds meer mensen om me heen.’
Tim: ‘Ik laat diegene actief meekijken terwijl ik het gewricht onderzoek. Ik wijs dan op de bijzonderheden en licht mijn differentiaaldiagnoses toe. De tweede persoon voelt zich dan onderdeel van de diagnosestelling en gaat meedenken. En als patiënten minder proactief zijn dan Jill, en alleen komen? Dan loop ik samen met hen vaak een uitdraai van consultkaart.nl door. Ik vraag ze samen te vatten wat ze van me gehoord hebben en krijg zo een beeld van hoe de ander denkt. Daar stem ik dan mijn stijl van communiceren op af. Hoe dan ook geef ik hen huiswerk mee: “Ken je iemand met een knieprothese, ga dan een keer op bezoek en breng daar bij het volgende consult verslag van uit.”’
Jill: ‘Er is ook zoiets als een klik.’Tim: ‘Ja, en je moet dat erkennen als arts. Samen met je team kun je bekijken wie het best bij de patiënt past als er meerdere consulten nodig zijn. Je moet een patiënt ook uit handen kunnen geven.’
Jill: ‘Toch is ook zo’n klik iets waar je aan kunt werken. Ik heb ooit een vader en zoon als behandelend arts gehad. De vader nam de tijd en leefde zich goed in, de zoon was al wat minder betrokken en van de coassistenten kreeg ik een standaardriedeltje over wat het zou kunnen zijn, vermoedelijk direct uit een studieboek overgenomen. Terwijl duidelijk was dat mijn probleem niet in een standaardcategorie paste.’
Tim: ‘Ik begrijp best dat je in bepaalde fases van je carrière meer druk ervaart en een vollere agenda hebt. En dat het lastig is om in een tien-minutengesprek de diepte in te gaan. Maar als je slecht voorbereid en onpersoonlijk in de spreekkamer zit, dan krijg je sowieso het dossier nooit compleet. De patiënt sluit zich af. Gaat er dan vervolgens iets mis in het proces, dan ligt zo een klacht op de loer en komt niemand een steek verder. Ik heb als arts een emotionele bankrekening bij mijn patiënt. Staat die flink in de plus, dan kun je je ook een foutje veroorloven zonder dat je in een negatieve en gespannen sfeer terechtkomt. Een goede ambiance leidt tot betere kwaliteit van zorg.’ 


Jill: ‘Tim en ik bespreken niet enkel de beperkingen, maar ook altijd wat wél kan. Dat werkt motiverend, ook als er lastige beslissingen genomen moeten worden.’
Tim: ‘Het is een balans van objectiviteit en eerlijkheid enerzijds, en empathie en luisteren aan de andere kant. Soms moet je alles uit de kast halen. Zo is een 45-jarige met overgewicht bijvoorbeeld doorgaans niet geholpen met een prothese. Die moet vooral eerst afvallen. Je kunt dan beter niet zeggen: “Je bent te dik en je moet eerst afvallen.” Dat weet de patiënt allang en zet de boel vast. Het gaat dan om die mix: “He, ik zie dat je ook overgewicht hebt, het lijkt me best lastig als je dan ook nog eens last van je knie hebt.” Meestal worden de ogen dan nat, en kun je zo’n patiënt voorzichtig naar het volgende station proberen te helpen.’
Jill: ‘Het gaat dus bijna nooit alleen over die ene aandoening. Je ziet dat ook in mijn situatie. Samen beslissen betekent meestal dat je meerdere expertises moet combineren.’
Tim: ‘Medisch specialisten zijn na een tien-minutengesprek te snel geneigd een patiënt terug te sturen naar de huisarts als het voorbij de eigen expertise gaat. Die is immers de generalist.’
Jill: ‘Het gaat om de knie, maar ook over artrose. En daardoor over een variatie van zaken waaraan je aandacht moet geven: dieet, je slaappatroon, zooltjes... Ik zie -nu ik in een meedenkgroep van artrosepatiënten zit- hoe complex dat is, en afhangt van nieuw onderzoek en innovaties. Het kan voor een huisarts lastig zijn om dan goed te kunnen doorverwijzen.’
Tim: ‘Wat Jill aangeeft, klopt. Ook van ons mag je dus een holistische blik verwachten, net als teamwork en een helder aanspreekpunt zijn voor de patiënt. Allemaal zaken die van invloed zijn op het samen beslissen. Het gaat dus verder dan je eigen spreekkamer. Ik begrijp dat dat best een uitdaging is nu specialisten steeds specialistischer worden. In Maastricht zijn we ons daarvan zeer bewust als orthopeden, reumatologen, revalidatieartsen, huisartsen en fysiotherapeuten. We hebben daarom Beweeghuis.nl opgezet, waarin we elkaar goed weten te vinden.’
 

  • 46% van de zorgverleners zegt dat zij met de patiënt samen de beslissing nemen
  • 37% van de patiënten ervaart dit ook zo
  • 1 op de 5 patiënten geeft aan gesprekken met een zorgverlener niet voor te bereiden
  • ¼ van alle patiënten, vaak mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden, vindt samen beslissen lastig
  • 7 van de 10 zorgverleners maken een voorselectie van behandelmogelijkheden

Bron: Kantar Public 2020

Download dit artikel en het dossier als pdf

Lees meer artikelen uit het magazine