Orthopedisch chirurg Willard Rijnberg is sinds 1 januari met pensioen. Hoe is hij fit gebleven?
Dit artikel is onderdeel van het dossier Gezond blijven in het magazine Medisch Specialist.
‘Mijn vooropleiding chirurgie was in het Havenziekenhuis. De sfeer was goed en bij het eten genoten we van het schitterende uitzicht over de Maas; onze partners schoven soms zelfs aan. Ik ben nooit meer zo vertrouwd geweest met een ziekenhuis. Achteraf ga je dat romantiseren, vergeet je de roosterdruk. Want ik draaide wel weekenddiensten van vrijdagochtend half acht tot maandagavond half zeven. We hadden het er als assistenten soms wel over, maar het was gewoon de norm. Ik dacht toen al: dit ga ik niet mijn hele leven volhouden.
Onder de dertig kun je veel aan. Ooit deed ik als wedstrijdroeier mee aan regatta’s: 100 kilometer in ruim 7 uur. Voor mij is dat een ijkpunt gebleven. Bij grote werkdruk haalde ik voor de geest hoe ik me voelde na 90 kilometer, met nog 10 te gaan. Dat relativeerde alles.
In de VS ontmoette ik eens een orthopeed die alleen maar rechterknieën deed. Door je zó te specialiseren kun je ergens heel goed in worden, maar ik vind het saai. Een keer een overstap maken en steeds nieuwe dingen blijven leren: dat was voor mij de manier om mentaal fit te blijven.
Zo vroeg ik me als jonge veertiger af of ik nog 25 jaar alleen nieuwe heupen en knieën wilde blijven plaatsen, zonder op te leiden. Ik kreeg toen de kans om bij Rijnstate in Arnhem opleider te worden. Heerlijk, het contact met jonge mensen, die vragen waarom je iets op een bepaalde manier aanpakt, want elders doen ze dat anders, daar kreeg ik veel energie van. Zo’n stap houdt je manier van denken breed, het zou in de medische sector veel gebruikelijker moeten zijn.
Ik nam altijd de fiets en de trap en ben blijven roeien, maar gezond blijven is hoofdzakelijk geluk hebben. Al heeft zenmeditatie mij echt goed gedaan. Een mens kan niet altijd op volle toeren draaien. Als opleider probeerde ik daarom de werkbelasting bespreekbaar te maken. Veel assistenten hebben een partner met een net zo drukke baan. Dus uitte ik ook mijn twijfels bij dat skiën, dat in de chirurgische wereld zo is opgekomen. Dan moest een assistent die jonge kinderen had en net een weekend had besteed aan een verhuizing, een week later op skiweekend met collega’s. Houd je dat wel vol, vroeg ik dan? Contact met collega’s is belangrijk, maar voldoende tijd voor je privéleven ook.’
Download dit artikel en het dossier als pdf
Lees meer artikelen uit het magazine