Update richtlijn Persoonlijkheidsstoornissen
De richtlijn Persoonlijkheidsstoornissen is geactualiseerd en uitgebreid met een aantal specifieke aandachtsgebieden zoals jeugdigen en ouderen en de forensische setting. De richtlijn is bedoeld voor psychiaters, psychologen, psychotherapeuten, verpleegkundigen en andere hulpverleners in de GGZ.
Belangrijkste wijzigingen
De nieuwe richtlijn is verbreed: er is aandacht voor de antisociale problematiek en het forensisch domein, de groep jeugdigen en ouderen en eenvoudigere en meer generieke behandelmodellen. Maar ook: Welke mogelijkheden zien we als het gaat om rehabilitatie en herstel in bredere zin? Deze verbreding leidt tot een aantal nieuwe en gewijzigde aanbevelingen ten opzichte van de richtlijn uit 2008.
Belangrijk is allereerst om persoonlijkheidsstoornissen te bezien vanuit een levensloopperspectief. Het zijn stoornissen die in de ontwikkeling ontstaan, door een combinatie van biologische kwetsbaarheid en omgevingsinvloeden. Het is belangrijk zich ontwikkelende persoonlijkheidsstoornissen waar mogelijk in een vroeg (voor)stadium te detecteren en te behandelen, om gevolgschade zo veel mogelijk te beperken. Ook nieuw in de richtlijn zijn aanbevelingen voor ouderen met een persoonlijkheidsstoornis.
Rode draad in de richtlijn zijn aanbevelingen voor het bevorderen van een goede samenwerkingsrelatie met de patiënt en zijn of haar naasten. Waar in de oude richtlijn het patiënten en familie-perspectief nog in een apart hoofdstuk was opgenomen, komen deze perspectieven nu in vrijwel alle hoofdstukken expliciet aan de orde. Een andere rode draad vormen de aanbevelingen om behandeling zoveel mogelijk te integreren, de onderdelen van een behandeling goed op elkaar af te stemmen, en te streven naar continuïteit in de zorg.
Samenwerking
Op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) is door een multidisciplinaire werkgroep een update ontwikkeld van de multidisciplinaire richtlijn uit 2008, in samenwerking met het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie (NVP), Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN), Federatie Vak therapeutische Beroepen (FVB) en MIND Landelijk Platform Psychische Gezondheid. De ontwikkeling van de richtlijn werd methodologisch en organisatorisch ondersteund door het Trimbos-instituut.