Richtlijn Preventie van valincidenten bij ouderen gepubliceerd

Deze maand is de herziening van de richtlijn Preventie van valincidenten bij ouderen gepubliceerd in de Richtlijnendatabase. Een belangrijke richtlijn, want valincidenten komen zeer frequent voor, zeker op oudere leeftijd.

Vallen leidt niet alleen tot ongemak maar kan ook ziekenhuisopname tot gevolg hebben, soms met dodelijke afloop. Het aantal valincidenten met dodelijke afloop is circa 6 keer zo hoog als het aantal verkeersslachtoffers.1 Hoe kunnen valincidenten zoveel mogelijk voorkomen worden?

De herziene richtlijn geeft een aantal handvatten voor het beoordelen van het valrisico, risicofactoren en verlagen van het valrisico. De belangrijkste conclusies zijn:

  • Bij ouderen die zich presenteren met een val of gerelateerd letsel is een brede analyse naar onderliggende oorzaken nodig (17 risicofactoren). Dit voorkomt onnodig hernieuwd vallen, letsel, overlijden en verlies van kwaliteit van leven.
  • Na mobiliteit (spierkracht, balans, lopen) is gebruik van valrisico verhogende medicatie de belangrijkste valrisicofactor (naast slaapmiddelen ook middelen voor hart- en zenuwstelsel). Medicatieaanpassing (medicatiereview) vermindert het risico om te vallen.
  • Een onderbelichte risicofactor voor vallen zijn hart- en vaataandoeningen, zoals hartritmestoornissen of kleplijden. Maar ook orthostase, bloeddrukdalingen bij overeind komen is belangrijk om te behandelen.
  • Coördinatie en interdisciplinaire (regionale) samenwerking is essentieel voor effectieve casefinding en behandelstrategieën. De eerste lijn heeft hierin een belangrijke rol, waaronder de huisartsen. Ook de nulde lijn kan hieraan belangrijke bijdrage leveren (bijvoorbeeld casefinding via gemeentes, aanbieden van preventieprogramma’s).

Multidisciplinaire richtlijn

De herziening van deze richtlijn is geïnitieerd door de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie. De aanbevelingen zijn gebaseerd op een zorgvuldige weging van wetenschappelijke literatuur, expert opinion en patiëntenvoorkeuren. Naast de klinische geriaters waren ook internisten, neurologen, cardiologen, spoedeisend hulp artsen, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, verpleegkundigen, huisartsen, reumatologen en specialisten ouderengeneeskunde betrokken. Het patiëntenperspectief is meegenomen door deelname van de Patiëntenfederatie Nederland in de richtlijncommissie. Adviseurs van het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten begeleidden de totstandkoming van de richtlijn.

1 Bron: CBS/VeiligheidNL