Relatie ziekenhuis en medisch specialist: mosterd na de maaltijd

De Orde heeft de afgelopen twee jaar een groot aantal aanbevelingen uit het RVZ advies 'De relatie medisch specialist en ziekenhuis in het licht van kwaliteit van zorg' al uitgevoerd. De ledenvergadering heeft het nieuwe 'Kwaliteitskader Medisch Specialisten' met daarin helder verwoord de verantwoordelijkheid van de medisch specialisten in relatie tot de raden van bestuur betreffende kwaliteit van de zorg aangenomen.

De medisch specialist is primair verantwoordelijk voor de medische zorg en legt daarover verantwoording af aan de raad van bestuur. Expliciet is in dit Kwaliteitskader opgenomen dat de conclusies en aanbevelingen rondom kwaliteitsvisitaties evenals deelname aanIndividueel Functioneren Medisch Specialisten (IFMS) aan de raden van bestuur kenbaar worden gemaakt.

Kwaliteitskader

De afspraak rondom kwaliteitsvisitaties is in december 2009 door de wetenschappelijke verenigingen gemaakt en zal bovendien onderdeel zijn van de nieuwe Model Toelatings Overeenkomst (MTO) tussen medisch specialist en ziekenhuis. Het bezwaar van de RVZ dat er gebrek is aan terugkoppeling aan de raad van bestuur is ook op een andere wijze ondervangen. In het Kwaliteitskader is verwoord dat het de plicht is van elke medisch specialist en van elke maatschap/vakgroep/samenwerkingsverband om collegae aan te spreken op ongewenst gedrag. Zo nodig worden stappen ondernomen om een situatie, waarin geen goede zorg wordtverleend, te beëindigen. Hierbij hoort, waar nodig, het informeren van stafbestuur en/of raad van bestuur. Het Kwaliteitskader wordt binnenkort door de Orde naar buiten gebracht en in de ziekenhuizen geïmplementeerd.


IFMS


Er wordt al 2 jaar door medisch specialisten in ziekenhuizen gewerkt met het IFMS-systeem met als doel verdere verbetering van het individueel functioneren van medisch specialisten. Dit evaluatiesysteem, waarbij periodiek naar het functioneren van de medisch specialisten wordt gekeken, is opgenomen in de Basisset kwaliteitsindicatoren (voorheen Basisset prestatie-indicatoren) die de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) jaarlijks bij de Nederlandse ziekenhuizen opvraagt. Het IFMS systeem wordt sinds 2009 in bijna alle ziekenhuizen toegepast.


Modelreglement mogelijk disfunctionerend medisch specialist


Daarnaast heeft de Orde 2 jaar geleden een Modelreglement mogelijk disfunctionerend medisch specialist opgesteld over hoe om te gaan in het onverhoopte geval van een mogelijk disfunctionerend medisch specialist. Daarbij is voorzien in verbetertrajecten als ook, voor zover nodig, in sancties, zoals in het RVZ rapport zijn benoemd. Veel onderdelen waar het RVZ advies op ingaat zijn dus al door de medisch specialisten ingevuld. Bovendien heeft de IGZ ook rond de regeling mogelijk disfunctionerende medisch specialisten een indicator opgesteld. Medisch specialisten hebben de afgelopen jaren aangetoond bereid en in staat te zijn periodiek verantwoording af te leggen en doen dat ook al volop. Aan een extra beoordelingsinstrument is echter geen behoefte.


Tegenstrijdig advies


Naast het feit dat het RVZ advies onvoldoende taxeert wat er de afgelopen 2 jaar is gerealiseerd, lijkt het advies op sommige plaatsen ook tegenstrijdig. Zo concludeert de RVZ bijvoorbeeld dat er geen reden is om aan te nemen dat de kwaliteit van zorg beter te borgen of te bewaken is wanneer alle medisch specialisten in dienstverband werkzaam zouden zijn. Dat rijmt echter niet met de aanbeveling van de RVZ dat voor de uitvoering van een systeem rondom het functioneren van medisch specialisten de verantwoordelijkheid in de lijn moet worden gelegd. Anders dan het rapport stelt is er sowieso al geen gezagsverhouding tussen raden van bestuur en medisch specialisten in vrij beroep. De fiscale en juridische positie van de medisch specialist in vrij beroep verzet zich hiertegen.

Verhouding verantwoordelijkheden

Ook de aanbeveling om in de Kwaliteitswet zorginstellingen vast te leggen hoe de verantwoordelijkheid van de medisch specialist zich verhoudt tot de eindverantwoordelijkheid van de raad van bestuur is overbodig. In het Kwaliteitskader Medisch Specialisten, maar ook in de bijna afgeronde nieuwe MTO en reeds bestaande wet- en regelgeving, is deze positie helder omschreven. De medisch specialist is primair verantwoordelijk voor de directe patiëntenzorg en de raad van bestuur is eindverantwoordelijke voor de ziekenhuisorganisatie als geheel. De medisch specialist heeft een individuele arts-patiënt relatie zonder inmenging van derden en die relatie moet worden gewaarborgd.


Wettelijke aanwijzingsbevoegdheid


De RVZ adviseert tenslotte om het voornemen om bestuurders een wettelijke aanwijzingsbevoegdheid te geven, te heroverwegen. De Orde vindt een wettelijke aanwijzingsbevoegdheid overbodig. Daar lijken de Orde en de RVZ elkaar te kunnen vinden.


Veel is ontwikkeld en uitgewerkt

Duidelijk is dat de afgelopen jaar in het kader van de relatie medisch specialist en ziekenhuis in het licht van kwaliteit van zorg enorm veel is ontwikkeld en uitgewerkt. De handschoen die de RVZ toewerpt is door de medisch specialisten de afgelopen jaren al opgepakt en de verbeteringen zijn uitgevoerd