Federatie stuurt Tweede Kamer brief over Zorgevaluatie
In aanloop naar het Tweede Kamerdebat over pakketbeheer op 26 juni heeft de Federatie Medisch Specialisten met een brief namens 32 wetenschappelijke verenigingen gepleit voor steun voor het programma Zorgevaluatie en Gepast Gebruik. In de brief wordt aandacht gevraagd voor beleid om de resultaten van zorgevaluatie met draagvlak en motivatie op de werkvloer uit te kunnen voeren. De Federatie wijst erop dat zorgevaluatie niet gezien moet worden als methodiek om zwart-wit conclusies te trekken over welke zorg wel of niet zinvol is.
Het doel van het programma is om zorgevaluatie structureel onderdeel te maken van de medisch specialistische zorg. De Federatie stelt in de brief: Zorgevaluatie is meer dan een behandeling wel of niet schrappen. Het gaat om het vertalen naar de praktijk van iedere unieke patiënt.
Structureel onderdeel van medisch specialistische zorg
Zorgevaluatie (klinisch evaluatieonderzoek naar de effectiviteit van bestaande zorg) draagt bij aan de informatie die nodig is om in de spreekkamer samen met de patiënt passende keuzes te kunnen maken. De implementatie van de uitkomsten van zorgevaluatie helpt bovendien de zorg kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar te houden. Marcel Daniëls, cardioloog en algemeen voorzitter Federatie: ‘Van een deel van de bestaande behandelingen is het effect niet of nog onvoldoende wetenschappelijk onderzocht. Dat wil niet zeggen dat een dergelijke behandeling niet effectief is, maar het levert wel dilemma’s op in de spreekkamer. Wat is bijvoorbeeld beter voor een oudere met een polsbreuk: een operatie of een minder ingrijpende behandeling zoals gips of een spalk? Voor zowel patiënten als zorgverleners is dit relevant om te weten. Er zijn nog veel meer van dit soort kennishiaten die onderzocht moeten worden. Om de meest dringende onderzoeksvragen in beeld te brengen, hebben al 22 wetenschappelijke verenigingen een kennisagenda opgesteld, 8 zijn er in ontwikkeling en lopen er al meer dan 60 zorgevaluatiestudies. Alles bijeen zijn er in de bestaande kennisagenda’s meer dan 200 kennishiaten geprioriteerd. We zijn dan ook blij dat we met alle partners van het Hoofdlijnenakkoord samen kunnen werken om zorgevaluatie structureel onderdeel te maken van de reguliere praktijk.
Zorgevaluatie is meer dan een behandeling wel of niet schrappen
Medisch specialisten zijn altijd op zoek naar meer bewijs voor hun medisch handelen. Met zorgevaluatie weten we beter welke behandelingen effectief zijn en voor welke patiëntengroep. ‘Het betekent echter niet dat behandelingen waarvan de effectiviteit volgens moderne methodologie niet bewezen is zinloos zijn. Niet bewezen effectief is niet hetzelfde als bewezen niet-effectief. En tegelijkertijd kán ook niet álles onderzocht worden,’ aldus Daniëls. Het implementeren van uitkomsten van zorgevaluatie betekent dus niet het uitbannen van de mindere behandeling. Het betekent wel dat die behandeling minder vaak toegepast zal worden. We hebben geleerd dat het niet werkt om lijstjes te maken met zaken die je beter wel of beter niet kunt doen. Dit is niet bevorderlijk voor het samen beslissen in de spreekkamer en reflecteert evenmin de basis van medisch handelen: de best passende zorg kiezen voor de individuele patiënt in diens context van dat moment.’ Zelfs wanneer blijkt dat behandeling A beter is dan behandeling B, dan kan alsnog gekozen worden voor behandeling B, omdat de situatie van de individuele patiënt daarom vraagt. Zorgevaluatie is dus geen methodiek om zwart-wit conclusies te trekken over welke zorg wel of niet zinvol is. Er moet altijd gekeken worden naar de situatie van elke unieke patiënt.”