Aan de start: Intensivist Dennis Ellenbroek

Intensivist Dennis Ellenbroek voelt zich op de intensive care als een vis in het water, ondanks het gebrek aan zicht op een vaste aanstelling.

Aan de start: Intensivist Dennis Ellenbroek

Ben jij goed in erop-of-eronder-situaties?
‘Soms voel ik mijn hart in de keel en staat het zweet op mijn rug. Als iemand ontzettend benauwd is bijvoorbeeld, en ik niet weet hoe het met diegene afloopt. Toch straal ik dan altijd rust uit en houd ik het hoofd koel.’

Hoe doe je dat?
‘Door rustig te communiceren en op dezelfde plek te blijven staan, aan het hoofd- of voeteneind. Daarin groei je met de jaren. Het mag dat er soms toch adrenaline door mijn lijf giert, dat geeft me ook wel een zekere kick.’

Zoek je graag de spanning op?
‘De liefde voor het acute was er altijd al; als er een sirene klonk, zocht ik als kind online direct de melding op. Lange tijd wilde ik zelfs ambulancebroeder worden.’

Je bent bestuurslid geweest van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC). Wat bracht dat jou?
‘Het inzicht in de ongekende kracht achter zo’n organisatie. En ik leerde een schat aan afkortingen van de degenen met zeggenschap in het zorglandschap.’

Wat heb jij ingebracht?
‘Mijn focus op de jonge klaren: aan de hand van enquêtes bracht ik in kaart hoe hun problematiek binnen het ic-landschap speelde.’

En?
‘De arbeidsproblematiek is the perfect storm: veel mensen zijn opgeleid, maar het zorgbudget mag niet groeien en er zijn steeds minder ic-bedden. Vast werk vinden is lastig – op dit moment is er welgeteld één vacature in heel Nederland. Soms laten mensen zich omscholen, pure kapitaal­vernietiging.’

Worstel jij hier ook mee?
‘Dit is mijn tweede baan met onzeker perspectief. Niet omdat ze mij niet willen, maar omdat één van de twee ziekenhuislocaties gaat sluiten en de vakgroep daardoor krimpt.’

Zou je je werk anders beleven met een vaste baan?
‘Dat zou kunnen. Van nature ben ik al ambitieus en enthousiast, maar nu ben ik nog sneller geneigd om ja te zeggen op een commissiedeelname. Alles om me van mijn beste kant te laten zien.’

Best vermoeiend…
‘Het telt op ja, het is veel. Ik heb mijn betrokkenheid echt wel getoond, mijn collega’s beamen dat. Ik zeg inmiddels vaker nee.’

Ben je hoopvol?
‘Als jonge dertiger wil je een huis kopen, een gezin starten, bóuwen. Dat gaat gewoon niet als je het ene jaar in de randstad werkt en het volgende in het oosten. Toch vertrouw ik op een positieve wending.’

Je bent als arts ook te vinden op festivals, wat brengt je daar?
‘Het acute, de spanning. Het feit dat je in zo’n bijzondere setting met medische zorg de veiligheid kunt waarborgen. Wel kies ik voor festivals waar mijn expertise het beste toegepast kan worden, zoals dance- en technofestivals. Je zult me niet zo snel op een sportevenement als Mud Masters vinden – daar heb je meer aan een seh-arts of een huisarts die gespecialiseerd is in het bewegingsapparaat.’

Wat kom je tegen op zo’n festival?
‘Van EHBO-letsel, hechtwonden, allergische reacties, valpartijen tot aan – uiteraard - middelengebruik. Helaas overleed vorig jaar een jongere die slecht op een pil reageerde. Terwijl het forensisch onderzoek op de festivalcamping nog bezig was, stonden twintig meter verderop mensen te feesten.’

Hoe kijk jij aan tegen dat drugsgebruik?
‘Ik ben niet zo van de grote stellingnames, veroordeel drugs niet per se, hecht aan autonomie. En als ik kijk naar de ellende door middelengebruik, dan is die nog steeds aanzienlijk minder dan door alcohol.’

…terwijl alcohol wel wordt geaccepteerd. 
‘Exact, ik vind dus dat we óók daar kritisch naar moeten kijken. Maar goed, toen ik de ouders moest vertellen dat hun kind was overleden aan een pilletje, was dat natuurlijk hartverscheurend. Het is dubbel.’

Welke andere specialiteit zou je ook wel willen uitoefenen?
‘Seh-arts, daar is voldoende vraag naar. Al schiet nu eigenlijk eerst de ambulance door mijn hoofd. Die jongensdroom blijft lonken.’


  • GEBOREN 26 februari 1990 in Mariënheem
  • VOLGDE na zijn studie geneeskunde in 2015 aan de Radboud Universiteit de opleiding interne geneeskunde en intensive care bij het Radboudumc in Nijmegen, waarvan drie jaar in Rijnstate Arnhem 
  • IS redactielid van het tijdschrift De Intensivist
  • STAPTE na een half jaar als intensivist in het Deventer Ziekenhuis in december 2022 over naar het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis 
  • WOONT samen met zijn vriend en hond Skippy 
  • KIJKT de serie Les Misérables op Videoland
  • GUILTY PLEASURE af en toe een bak Magnum-ijs – ‘dan sla ik het avondeten over’


Download het artikel als pdf
Lees meer artikelen uit het magazine