Aan de start: Uroloog Saskia Weltings

‘De perfecte uroloog bestaat niet volgens Saskia Weltings – onmogelijk, met zoveel soorten patiënten en zorgvragen. Wel hoopt ze te excelleren ‘en nóg beter te worden in de behandeling van nierstenen.’ 

Was het moeilijk om een vast dienstverband te krijgen?
‘Er was keuze, maar de banen lagen niet voor het oprapen – zeker niet in mijn regio. Ik ben vanuit Den Haag naar Jisp verhuisd.’

Wat trekt jou in de urologie?
‘De afwisseling. Alleen de populatie al: man, vrouw, jong en oud. Ook de ziektebeelden zijn divers – van goedaardige nierstenen tot kwaadaardige tumoren. Beide zijn vaak goed te behandelen, gelukkig. Ik vind het prettig dat ik daarin patiënten houvast kan bieden.’

Vanwaar je interesse in nierstenen?
‘Ze intrigeren me: hoe ontstaat zo’n steen, waarom op díe plek en waarom groeit hij bij de ene patiënt sneller dan bij de andere? De operaties zijn ook spannend: je werkt met kleine materialen in de urineleider. Het voelt als een soort videogame omdat je de operatie uitvoert met een beeldscherm en voetpedaal – en dan maar meebewegen met je handen.’

Afbeelding magazine

Bestaat er een prototype patiënt?
‘In steden staan patiënten sneller bij je op de stoep dan in een landelijke regio. Daar lopen mensen langer rond met klachten, misschien door schaamte of taboe.’

Hoe ga jij om met dit soort psychologische aspecten?
‘Als iemand gesloten of angstig binnenkomt, probeer ik te achterhalen wat diegene echt wil weten. Mannen met plasproblemen zijn soms bijvoorbeeld bang voor prostaatkanker omdat dat in de familie voorkomt. Met die kennis begint mijn onderzoek anders – zodat ik snel iemand kan geruststellen.’

Wat vind je van de term “loodgieter”?
‘Toepasselijk, als het tenminste om ons werk aan urinewegen gaat. We kijken en beredeneren waarom een nier niet goed afloopt en hoe we dat kunnen verhelpen – net als bij een lekkende kraan. Ik gebruik de term daarom zelf ook wel eens, al beschrijft die maar een klein deel van ons vakgebied.’

Bestaat dé perfecte uroloog?
‘Er zijn zoveel soorten patiënten en zorgvragen, je kunt die niet in je eentje perfect behandelen. Wel kun je uitblinken in het gebruik van je sociale voelsprieten. En je moet in dit vak natuurlijk geen twee linkerhanden hebben.’

Werk je veel samen met andere specialismen?
‘Ja, want we kunnen niet zonder andere vakgroepen. Wordt de wachttijd bij de radioloog langer, dan merken we dat bijvoorbeeld meteen.’

Wat gaat goed in die samenwerking?
‘Technisch wordt steeds meer mogelijk, waardoor de samenwerking intensiever wordt. Zo krijgen nucleair geneeskundigen en radiotherapeuten een grotere rol in het multidisciplinaire overleg doordat scans en bestralingen steeds geavanceerder worden. Dat lijkt mij een mooie ontwikkeling.’ 

Wat kan beter?
‘De samenwerking met huisartsen. Het gros van de verwijzingen is adequaat, maar ik denk dat een aantal patiënten met plasklachten ook prima in de eerste lijn behandeld kan worden.’

Hoe krijg je dat voor elkaar?
‘Een digitaal meekijkconsult zou kunnen helpen. Je kunt daar dan gelijk een onderwijsmoment van maken. Als we die lichtere zorg uit het ziekenhuis kunnen houden, is dat bovendien kostenefficiënt.’

Delen vrienden en familie makkelijker hun ongemakken met jou?
‘Mijn vriend is dermatoloog. Op iedere verjaardag krijgt hij wel vragen over huidplekjes of eczeem. Mij vragen ze nooit wat.’

Welke ene patiënt is je bijgebleven?
‘Ik denk nog wel eens terug aan een patiënt met gangreen. Die bacterie tast gezond weefsel aan en kan ook voorkomen in de genitale regio. Gangreen is aangrijpend, levert een heftig en pijnlijk ziektebeeld op, verloopt ontzettend snel en leidt tot invaliditeit.’

Waar liggen jouw ambities?
‘Ik wil nóg beter worden in de behandeling van nierstenen. Dat is dankbaar werk omdat nierstenen ontzettend pijnlijk zijn. Mensen daarvan te bevrijden vind ik het allermooiste.’

Dat levert je vast veel applaus en bloemen op…
‘Nou, dat valt tegen hoor. Na een operatie met veel bloed, zweet en tranen, denk ik soms: “Die zal wel net zo blij zijn als ik.” Maar bij het eerste gesprek vraagt de patiënt dan al gelijk naar het bezoekuur. Blijkbaar vinden mensen een goede uitslag vanzelfsprekend. En dat is ook eigenlijk wel prima.’


Saskia Weltings

  • GEBOREN op 8 november 1988 in Roosendaal
  • VOLGDE de studie Geneeskunde in Leiden van 2006 tot 2012, de opleiding tot uroloog van 2015 tot 2021 in het HagaZiekenhuis en promoveerde in 2021 op minimaal invasieve behandelingen bij nierstenen
  • WERKT als uroloog in het Zaans Medisch Centrum met aandachtsgebieden nierstenen en oncologie
  • WOONT samen en is moeder van Ava (2) en Kjeld (10 maanden)
  • HOBBY’S mountainbiken en wielrennen 

 

Download het artikel als pdf
Lees meer artikelen uit het magazine