Chirurg Stéphanie Breukink: ‘Een PROM waar iedereen beter van wordt’
Dit artikel is onderdeel van het dossier Uitkomstgerichte zorg in het magazine Medisch Specialist.
Eén universele vragenlijst voor alle patiënten, door elke patiënt gemakkelijk in te vullen. Stéphanie Breukink, dikkedarm-chirurg in het Maastricht UMC+, is betrokken bij de ontwikkeling van zo’n generieke PROM.
Een PROM (Patient Reported Outcome Measure) meet vooral uitkomsten van de zorg waar alleen patiënten uitspraken over kunnen doen. Bijvoorbeeld somberheid, pijn, vermoeidheid en kwaliteit van leven in het algemeen. ‘De meeste vragenlijsten die we daarvoor nu hanteren zijn gemaakt voor wetenschappelijk onderzoek’, begint Breukink. ‘Die zijn vaak veel te lang. En een chronische patiënt die bij meerdere specialisten loopt, moet zich door een woud aan vragenlijsten werken. Als dat al lukt, ziet de patiënt zijn eigen resultaten dikwijls niet eens terug.’ Ze was daarom blij met het initiatief om een generieke PROM te ontwikkelen en sloot zich aan bij de werkgroep van het programma Uitkomstgerichte Zorg.
Uitkomstgericht
Volgens Breukink valt er met een universele vragenlijst veel te winnen, met name voor de patiënt, en daarnaast kan het ingezet worden in het optimaliseren van uitkomstgerichte zorg. Ze ziet een PROM voor zich die in elk ziekenhuis en voor elke aandoening wordt gebruikt, en die alleen een aantal algemene onderwerpen bevat. De patiënt wordt bijvoorbeeld gevraagd naar een oordeel over haar of zijn zelfstandigheid, slaap, sociale relaties en mobiliteit. Bij chronische patiënten, of het nou om COPD, hartklachten of kanker gaat, geven deze algemene domeinen veel informatie over de patiënt zelf. En ook na een heupoperatie. ‘Je kunt vragen of iemand zijn nieuwe heup zoveel graden kan draaien. Maar in de spreekkamer gaat het ook over de persoonlijke maatstaf: de een wil zonder pijn of angst de hond kunnen uitlaten, een ander hoopt weer marathons te lopen. Dus de eerste vraag moet zijn: wat is belangrijk voor u gezien het feit dat u deze aandoening hebt? Om van daaruit te bespreken wat de verdere mogelijkheden zijn.’
Verdiepingsslag
Doordat de patiënt zich op die manier beter gehoord voelt, ontstaan betere gesprekken. Je kunt als behandelaar en patiënt samen een verdiepingsslag maken, en je hebt een bruikbaar kader voor ‘samen beslissen’, is haar stellige overtuiging. ‘Het is ongelooflijk belangrijk dat een patiënt voelt: “deze vragen en dit gesprek gaan over míj”. Dat verlaagt de drempel om het niet alleen te hebben over het medische, maar ook over werk, relaties en intimiteit. Veel mensen klappen dicht of durven niet alles te zeggen in het ziekenhuis, je moet het ze gemakkelijk maken.’
Terugkoppeling naar de patiënt
Een grote wens van haar is om een vragenlijst te kiezen die geschikt is voor laaggeletterden én die tevens makkelijk terug te koppelen is aan de patiënt. Zo hanteert Breukinks collega Gidding Slok in haar onderzoek een vragenlijst die patiënten hun resultaten toont met behulp van ballonnen. De ballon kleurt groen als de patiënt tevreden is over bijvoorbeeld vermoeidheid, rood bij ernstige moeheidsklachten en oranje als de patiënt ertussenin scoort.
Het klinkt te mooi om waar te zijn, die ene PROM waar iedereen beter van wordt. En Breukink kent de tegenargumenten: je verliest detaillering, alwéér zo’n initiatief, we zijn te verschillend, en natuurlijk: moeten we wéér iets gaan registreren. ‘Over deze bekende bezwaren hebben we het gehad. We weten ook dat er heel goede ict-ondersteuning moet komen. Dat we mensen zullen moeten overtuigen. Maar ik zie altijd wel een weg. Ook omdat dit op den duur juist tijd gaat schelen. Want een patiënt die zich begrepen voelt en tevreden is, heeft vaak minder zorg nodig.’
Download dit artikel en het dossier als pdf
Lees meer artikelen uit het magazine